nl

De geschiedenis in een notendop

Geschiedenis in een notendop

Hoewel er in de Brugse regio al bewoning was in de Romeinse tijd, duikt de naam van de stad voor het eerst op in de 9de eeuw, wellicht een afleiding van het Oudgermaanse woord ‘brugj’ of aanlegsteiger. Brugge heeft dan ook een bijzondere band met de zee. Water heeft immers een cruciale rol gespeeld bij het ontstaan van de stad. Hier vloeiden een aantal beken samen om een rivier (de Reie) te vormen, die noordwaarts in de kustvlakte uitwaterde. Via zogenaamde ‘getijdengeulen’ stond deze rivier in verbinding met de Noordzee, een garantie voor welvaart en voorspoed.

 

Een gunstige ligging

Door haar gunstige ligging en connectie met de zee ontwikkelde Brugge zich al vroeg in de middeleeuwen tot een internationale en bedrijvige handelsstad met haven. Tegelijkertijd groeide de versterkte vestingplaats uit tot een machtig politiek bolwerk, dankzij de aanwezigheid van de Vlaamse graven, die vanuit Brugge het graafschap Vlaanderen bestuurden. In de 13de eeuw mocht Brugge zich trots het belangrijkste handelscentrum van Noordwest-Europa noemen. Handelaren van over heel Europa vestigden zich in de stad en ’s werelds allereerste beurs ontstond in Brugge. De beursactiviteiten vonden plaats op een plein voor de herberg die aan de Brugse makelaarsfamilie Van der Beurse toebehoorde. Op die manier werd hun naam voor eeuwig verbonden aan de financiële instelling. Ondanks de typische middeleeuwse kwalen, van epidemieën over politieke onrust tot sociale ongelijkheid, hadden de Bruggelingen het goed en algauw fungeerde de stad als een magneet. Omstreeks 1340 telde de stad maar liefst 35.000 inwoners.

 

De Gouden Eeuw

Het succes bleef duren en in de 15de eeuw, Brugges Gouden Eeuw, liepen de zaken zelfs nog beter. Vlaanderen behoorde sinds eind 14de eeuw namelijk tot het rijk van de Bourgondische hertogen. Zij bouwden hun residentie in Brugge verder uit en de stad werd al snel een culturele hotspot. Naast het traditionele laken werden er volop nieuwe luxeproducten geproduceerd en verkocht. Befaamde schilders zoals Jan van Eyck en Hans Memling – de grote Vlaamse primitieven – vonden hier hun creatieve stek. De schone kunsten regeerden en naast tal van fraaie kerken en unieke natiehuizen werd ook het monumentale stadhuis afgewerkt. Brugge leek ongenaakbaar.

 

Het verval

De plotse dood van de geliefde vorstin Maria van Bourgondië in 1482 luidde de ommekeer in. De relatie tussen de Bruggelingen en weduwnaar Maximiliaan van Oostenrijk verzuurde en het Bourgondische hof verliet de stad, met de internationale handelaars in zijn kielzog. Ook Brugges connectie met de zee verzandde snel. De Gouden Eeuw was voorbij en er volgden lange eeuwen van oorlogen en machtswissels. Na het onafhankelijk worden van België (1830) was Brugge in het midden van de 19de eeuw een arme, verpauperde stad. Opmerkelijk genoeg zou een roman mee het tij doen keren.

 

De heropleving

In Bruges la Morte van Georges Rodenbach (1892) wordt Brugge treffend omschreven als een wat ingedommelde, maar bijzonder mysterieuze plek. Vooral de 35 foto’s die ter illustratie in het boek werden opgenomen, maakten de lezers nieuwsgierig. Al vlug werd Brugges schitterende patrimonium herontdekt en haar geheimzinnige intimiteit werd meteen haar grootste troef. Behoedzaam zette Brugge zo haar eerste voorzichtige toeristische stappen. Het verlangen verbonden te zijn met de zee resulteerde eind 19de eeuw in een nieuwe internationale zeehaven, die de naam ‘Zeebrugge’ meekreeg.

 

Brugge vandaag

Tijdens de Eerste Wereldoorlog werd Zeebrugge uitvalsbasis voor de Duitse onderzeevloot, aangestuurd vanuit het hoofdkwartier op de Brugse Markt. Beide wereldoorlogen laten de historische binnenstad nagenoeg intact, waardoor de aantrekkingskracht van Brugge bleef groeien. En met succes, want UNESCO promoveerde de volledige middeleeuwse binnenstad in 2000 tot werelderfgoed. De rest is geschiedenis.